“Blijven bewegen!
Vroeger als coach,
en nu nog elke dag.”

– Rudi

Zorgen voor Lily, zorgen voor Mia

In onze zorginstelling hadden we Mia, een bewoonster die erg gehecht was aan haar knuffel ‘Lily’. Mia kon niet zonder haar kenmerkende roze knuffel. Lily bracht troost en rust tijdens moeilijke momenten. Mia had op een bepaald moment een paar lelijke wonden die meermaals per dag verzorgd moesten worden. Mia hield hier echt niet van en alles was dus vrij stresserend voor haar.

De blauwe man

Een dame, Rita, woonde in het vorige woonzorgcentrum waar ik werkte. Ze had een peper- en zoutstel op haar vensterbank staan. Dat viel meteen op, want het was er zo eentje met een ‘man’ in het blauw voor het zout en de ‘vrouw’ in het roze voor de peper.

17 foto’s

Toen mijn moeder opgenomen werd in het woonzorgcentrum, leed ze al jaren aan afasie. Ze kwam moeilijk uit haar woorden, een gesprek met haar aanknopen was lastig. Ik kreeg het idee om met oude foto’s (van haar ouders, het huis waarin ze opgroeide, haar jeugdvriend, haar trouwfoto, …) te werken om ‘terug’ met haar in contact te komen. Die 17 foto’s in postkaartformaat, afgedrukt met onderaan telkens de namen van wie er allemaal afgebeeld werden, stopten we vervolgens in een houten sigarendoosje.

Zijn droom aan het waarmaken

Frans woont al enkele maanden in het woonzorgcentrum. Wanneer je Frans tegenkomt, valt meteen zijn prachtige ring met een opvallend blinkende diamant op. “Die ring heb ik op mijn 12de van mijn moeder gekregen. Zo is ze altijd bij mij, ze is een tijdje geleden overleden. Toen zat er wel nog geen diamant in.”

De wall of fame

Els is in een vergevorderd stadium van jongdementie en woont met haar man in haar ouderlijk huis. Hun dochter is in de stad gaan studeren en komt alleen nog in het weekend thuis. Al die jaren geleden werd haar man verliefd op Els omdat ze een extraverte praatgrage vrouw was, maar nu herhaalt ze nog maar één zin: “Ik heb het goed gedaan, toch?” Hij wil voor haar zorgen, ook al kan ze niet praten en moet hij haar met alles helpen. Els gaat naar een dagopvang als hij aan het werk is, maar ze is soms agressief en het centrum heeft al voorgesteld dat zijn vrouw naar een woonzorgcentrum zou moeten gaan.

Van uil en poes

Mijn moeder was dol op het kinderrijmpje ‘Uil en Poes’ van Edward Lear toen ze het in de jaren ’60 en ’70 voorlas aan haar drie jonge, dromerige meisjes. Toen we jong waren, was het kinderrijmpje haar manier om ons tot rust te brengen of in slaap te krijgen. Het rijmpje moet haar avontuurlijke ‘ik’ hebben aangesproken. ‘Uil en Poes’ vertelt een verhaal van vreemde liefde, tussen een uil en een poes die op een overzees avontuur gaan. Dit onwaarschijnlijke duo proeft nieuwe smaken en ziet spannende verre landen in hun erwtengroene boot en wordt smoorverliefd na een ontroerende serenade door de uil.

Wat is nu eigenlijk het probleem?

Als ik om 7 uur op de afdeling aankom, is Annie al uit bed. Ze heeft zich ook al aangekleed, nu ja, ze heeft haar schoenen aan, maar ook nog haar nachthemd. Annie ziet er geen probleem in. Ze is klaar om de dag te starten. Ik suggereer dat we nog even naar haar kamer zullen gaan. Ik zal haar dan wel helpen met kleren uit te kiezen, een mooie rok en een blouse ofzo. Ze begrijpt niet waarom het nodig is. In een ultieme poging om haar mee te krijgen, zeg ik dat die schoenen en dat nachthemd toch niet ‘goed’ zijn.

Wie schrijft, die blijft

Vroeger was hij een man van hoog aanzien met een belangrijke functie. Aan dat beeld houdt hij zich krampachtig vast als hij bij ons op de afdeling aankomt. Hele dagen loopt hij rond, op zoek naar iets waarvan hij niet meer weet wat het was. Alle informatie die hij kan verzamelen, tekent hij op in zijn notaboekje. Telefoonnummers, namen, straten, maar ook delen van artikels uit de krant. Alsof het verzamelen van feiten het leven voor hem concreter maakt, tastbaarder, begrijpelijker.